Reis Oeganda - Deel 6

Katwe and Queen Elisabeth National Park

Vlak voor de plaats Kyamburi krijgen we een lekke band. Meteen komt iedereen aangesneld om te helpen. Aardige jongens die Oegandezen. Bij het verwisselen breekt er helaas een wielmoer af. Dat is balen!! Rijden in Oeganda zonder alle wielbouten lijkt ons niet verstandig dus we besluiten een hotel te pakken en de volgende dag onze auto te laten repareren. In The Baboon Safari Resort vinden we na enig afpingelen een prachtig onderdak me een fantastisch uitzicht over de vlakte van Queen Elisabeth National Park.

De volgende dag rijden we naar een aantal garages maar helaas kan men onze auto niet fiksen. Maar de aanhouder wint. In een naburig dorp kan een meer professionele garage de auto repareren. 

De onderdelen moeten helemaal uit Kasese komen dus er hangt wel een prijskaartje aan. Alleen de bandplakken kost 30.000 Shilling. Deze prijs vinden wij wat aan de hoge kant dus gaan in onderhandeling, omdat we weten dat het eigenlijk ongeveer 6000 Shilling kost. De monteur moet lachen en 6000 Shilling wordt de deal. Ook de reparatie voor de wielbout vraagt om enige onderhandeling. De monteur geeft aan dat hij apart naar Kasese moet rijden, zo’n 30 km enkele reis. We maken een deal op 50.000 Shilling al in, dus inclusief reparatie lekke band. Later op de dag kunnen we de auto brengen voor reparatie. 

Om de tijd te overbruggen besluiten we voorzichtig rijdend een aantal kratermeertjes te bezoeken in de omgeving. We rijden door authentieke plaatsjes met zeer vriendelijke bewoners en we bewonderen de meertjes Lake Mugogo, Lake Chema en Lake Kamweru. Erg mooi allemaal.

Om twee uur zijn we terug bij de garage. De monteur heeft het onderdeel kunnen vinden. Er wordt met drie man hard gewerkt aan de auto. We kopen nog een paar pakken lekkere koekjes voor de monteurs en dat gaat er in als zoete koek. Na 1.5 uur is de auto gefikst en als service wordt alles onder de motorkap schoon gemaakt en gecontroleerd. Bij het afrekenen vertelt de monteur dat de wielmoer duurder was dan hij had ingeschat en dat hij nu niet goed wist wat hij moest vragen. Op mijn vraag hoeveel meer werd aangegeven dat het verschil 10.000 Shilling was, 2,50 euro. Niet iets om moeilijk over te doen maar voor de Oegandees is het een erg groot bedrag. Na een fooi voor alle drie monteurs werden we door drie vrolijke gezichten uitgezwaaid.

Na dit korte onderhoud besluiten we meteen door te rijden naar Queen Elisabeth National Park om nog een track te rijden. Werkelijk een fantastische track, weinig dieren maar geweldige vergezichten. We hebben respectievelijk Lake Kitagata, Lake Murumuli en Lake Nyamunuka bekeken. Rond half zeven zijn we terug bij het hotel en schuiven we aan voor ons diner. Ondanks de auto trubbels hebben we een fantastisch dag gehad.

Voordat we naar Kibale Forest rijden beginnen we met een bezoek aan twee meren Lake Kyamwiga en Lake Chibwera. Hier zouden veel flamingo’s zitten maar in het eerste meer is geen flamingo’s te bekennen en bij het tweede meer flamingo’s op grote afstand als stipjes aan de horizon. 

Vervolgens rijden we door naar Katwe. Bij Katwe aangekomen worden we staande gehouden door Richardson. Hij geeft aan dat Katwe niet onder het Queen Elisabeth NP valt en dat voor deze plaats 10 dollar pp moet worden betaald. Wij zeggen dat we alleen bij de zoutpannen willen kijken en dan direct door omdat we nog ver moeten rijden. Voor 5 dollar pp komen we tot een akkoord. 

De zoutpannen vonden wij zeker het bezichtigen waard en onze gids Richardson wist boeiend te vertellen over heden en verleden van de zoutpannen. Het zoutmeer van Katwe wordt gevoed door water van de Rwenzori. Deze constante aanvoer van vers water, de mineraalrijke ondergrond, en de vele uren zonneschijn, maken het mogelijk om hier zout te winnen. Het zware werk wordt door de vrouwen gedaan. Twee keer per week moeten vrouwen dit water omscheppen, om zo de zoutkristallen tijd te geven om zich te vormen. De mannen halen platen zout van de bodem van het meer. Het meer is te giftig en schadelijk voor de intieme delen van de vrouwen en mannen. De mannen gebruiken tijdens het werk ter bescherming van hun geslachtsdelen condooms om zodoende onvruchtbaarheid te voorkomen.

Na dit bezoek zijn we richting Kibale gereden. Onderweg zien we veel olifanten. Een aantal steken de weg over op zo’n 50 meter afstand. Als we verder rijden dendert een olifant, een kolos met een schofthoogte van ruim 4,5 meter, kwaad uit de bosjes recht op onze auto af. Het trompetgeschal, de grote flapperende oren met zijn slurf hoog in de lucht doet ons hart in de keel kloppen. Het gaspedaal wordt tot de plank ingetrapt en de auto scheert rakelings langs de woedende olifant. Wat hebben we geluk gehad dat we de olifant hebben kunnen ontwijken. Het duurt even voordat we op weer op adem te komen en rijden rustig maar alert voor olifanten verder. 

Aangekomen bij de verharde weg passeert ons een landrover die met een hoge snelheid voorbij scheurt. Nog geen drie minuten later zien we een man heftig zwaaien op de weg en geeft aan dat we moeten stoppen. Hij is volledig in paniek en roept dat zijn vrouw gewond is. Tot onze schrik zien we de landrover van de weg is geraakt en zo’n drie meter dieper op zijn kant ligt. De hele voorkant ligt er volledig af. We verlenen samen met nog enkele passanten eerste hulp. Er is geen ambulancehulp dus een local brengt een gewonde passagier met eigen vervoer naar het ziekenhuis in Kasese. We rijden verder zonder een hele tijd niets te zeggen. Het heeft indruk op ons gemaakt. Na ruim drie uur rijden arriveren we in Kibale en vinden onderdak bij Kibale Forest Camp.

Previous
Previous

Reis Oeganda - Deel 5

Next
Next

Reis Oeganda - Deel 7